Mannetjes zijn snelle vliegers met opvallend gekamde antennen waarmee vrouwelijke lokstoffen kunnen worden gedetecteerd. Larven leven op naaldbomen en enkele soorten kunnen zo massaal voorkomen dat we van een plaag spreken.
In Europa zes genera die alle in Nederland en België kunnen worden aangetroffen. Van enkele genera komt in Europa (Macrodiprion, Neodiprion) of in Nederland en België (Microdiprion) maar één soort voor zodat determinatietabellen tot op genus voldoende zijn. Voor determinatie van Monoctenus zie Mol & van Aartsen (1994). Voor de genera Gilpinia en Diprion moeten we terugvallen op oude tabellen. Maar voor Gilpinia zie ook Hara et al. (2021).